N. bouwde haar/zijn leven op twee steunpilaren: werk en gezin.

De prestaties waren één,

de vriendschap met andere mensen

was twee. Dat ging hand in hand.

Zo was N. gekend als een mens van vriendschap en liefde, van werk en ontspanning, van doen wat je graag doet en leven voor anderen, maar altijd een mens van verbondenheid.

Dat is wat Jezus zegt in het evangelie: “Blijf in mijn liefde. Dit zeg ik tegen jullie om je mijn vreugde te geven, dan zal je vreugde volkomen zijn.” Jezus heeft het niet over verliefdheid en ook niet over voorbijgaande vriendschap. Als Jezus over liefde spreekt, bedoelt Hij een levenshouding die naar anderen uitgaat. Daarom heeft Hij het over ‘geboden beleven’. De christelijke liefde is een keuze, geen toeval; een engagement, niet iets dat je overkomt. Jezus was daar zelf radicaal in. Hij koos om zijn hele leven op God en op de mensen te richten, op de armste mensen het eerst en het meest.

Zelfs toen Jezus met de dood werd bedreigd bleef Hij verbonden met zijn Vader en met de mensen. Het is omwille van dat leven in liefdevolle verbondenheid dat de Vader zijn Zoon door de dood heen heeft gehaald en eeuwig leven heeft geschonken.

Dat is de belofte die Jezus doet aan zijn leerlingen en aan ons allemaal: Wie liefheeft zoals Hij zal delen in de eeuwige vreugde van de verrijzenis. Dat zal N. ervaren.

Beste familieleden van N.,
Uw vrouw/man, jullie moeder/vader heeft gekozen voor een leven in verbondenheid en vriendschap. Daarin was zij/hij een trouwe leerling van Jezus. Er zijn veel jaren voorafgegaan, gevuld met mooie herinneringen. Heel haar/zijn leven, heel haar/zijn persoon wordt nu door God opgenomen in de warme gloed van zijn liefde. Dat geloven wij. Jezus de Christus leeft en uw vrouw/man, jullie moeder/vader leeft met hem. Altijd.

Leefde teruggetrokken

op haar/zijn eigen wijze

maar niet onverschillig tegenover anderen;

een gelovige christen;

erkentelijk en dankbaar voor hulp

en ondersteuning.

De eigen wijze waarop N. leefde, sluit aan bij de eigen wijze die Jezus van zijn vrienden verwacht. Jezus spreekt zijn leerlingen als zijn vrienden aan. Zij zijn niet zijn dienaars, in de betekenis van knechten of slaven. Jezus heeft een zekere gelijkwaardigheid voor ogen. De liefde van de Vader en de Zoon staat model voor de liefde onder de vrienden van Jezus. Die liefde is onvoorwaardelijk en houdt altijd stand.

Jezus heeft getoond dat zijn liefde tot in de dood en tot over de dood gaat. Hij deinst niet terug voor bedreigingen en machtsmisbruik. Maar hij blijft helemaal zichzelf door geweld niet met geweld te beantwoorden.

Je leven geven voor je vrienden is het hoogste wat je kunt doen. Dat is precies wat Jezus heeft gedaan en nog steeds doet. N. was vaak in de kerk te gast om deel te nemen aan de eucharistieviering. Daar geeft de Heer zich steeds weer helemaal aan de mensen, aan zijn vrienden – in zijn Woord en in zijn Lichaam en Bloed.

Hoe wij ons leven geven voor onze familie en onze vrienden, is heel persoonlijk, want ieder gaat een eigen weg door het leven. Soms is je leven vooral zinvol door voor anderen een uitnodiging tot liefde, geduld en verbondenheid te zijn.

Beste familieleden van N.,

jullie moeder/vader heeft haar/zijn leven geleefd zoals zij/hij dacht dat het kon volgens Jezus' gebod om lief te hebben. Daarom geloven wij dat zijn verrijzenis nu aan N. gebeurt. Jezus de Christus leeft en jullie moeder/vader leeft met hem. Altijd.