Lc 24,13-35 H

Homilieën

Voorstel 2013

Een kind is overleden:

geen baby maar een meisje/jongen

die enkele jaren een spoor heeft getrokken

in het gezin, de familie, de klas.

Een tijd ziek geweest (kan vervangen worden door: ongeluk)


Onze blik is vertroebeld. Wij weten het allemaal even niet. Bruisend en vol leven was zij/hij, een allemansvriend tot zij/hij ziek werd en in een andere leefwereld terechtkwam, een wereld van pilletjes en spuiten.


Omringd met liefde en genegenheid van haar/zijn grootouders en familie, de voortdurende zorg van haar/zijn mama en de liefdevolle steun van haar/zijn papa, doorstond N. de zwaarste behandelingen. Ze/Hij bleef daar doorheen altijd het blije kind. Ondanks alle goede zorgen, ondanks alle medische bekwaamheid en inzet is het verhaal van N. gestopt. En nu staan we hier met velen: verslagen, uitgeteld, woordeloos en troosteloos.


In het verhaal van Kleopas en zijn onbekende vriend dat we juist hebben gelezen, klinkt iets van onze radeloosheid door. Hun blik was vertroebeld; ze herkenden Jezus niet. Jezus heeft zich niet onzichtbaar gemaakt. Dat ze hem niet herkenden, ligt aan hen, aan hun wanhopig verdriet. Ze zijn ‘leeg’ en ‘vol’ tegelijk. Ze zijn ‘leeg’ van binnen, zonder leven en zonder fut. En tegelijk zijn ze ‘vol’ verdriet en vol woede om wat hen is overkomen en wat hen is aangedaan. De vreemdeling die meegaat voelt het aan. Hij luistert en zoekt woorden. Een lange tocht wordt het. In dit evangelieverhaal is het een tocht van één dag. Maar het kan even goed een tocht van weken of maanden en een tocht van jaren zijn. Die ene vreemdeling kunnen vele mensen zijn. Mensen die luisteren en die goede woorden zoeken, een teken van vriendschap, een gebaar van vertrouwen.


Het is niet in een glorieus moment, boven op een berg, in een lichtflits vanuit de hemel dat Kleopas en zijn vriend, Jezus herkennen. Thuis, aan de tafel waar het brood wordt gedeeld, in de avondlijke stilte als de last van de dag eindelijk wegvalt – dan en daar is het dat ze Jezus’ nabijheid voelen en herkennen. Daar is het dat de hoop en het leven stilaan terugkomen.


Het verhaal van N. gaat voort. Het kan niet gedaan zijn. Er is een toekomst voor haar/hem en een toekomst voor jullie met haar/hem, voor ons allemaal. Maar nu is onze blik vertroebeld. De wanhoop is te groot, de leegte te diep om van nieuw leven te dromen.


Beste ouders (zussen, broers en grootouders) van N.,als christenen hebben wij geen toverformule tegen verdriet. Wij bieden jullie ons geloof aan. Eén van de twee Jezus-leerlingen die naar Emmaüs op weg zijn, heeft geen naam. Jullie zijn die onbekende leerling. Wij bidden dat jullie altijd een Kleopas naast jullie hebben die niet van jullie zijde wijkt. Dat jullie dat voor elkaar mogen zijn. Dat jullie aan de tafel waar het brood wordt gedeeld en in de intimiteit van jullie liefde ooit Jezus zullen herkennen die er altijd al zal geweest zijn. Want dat geloven wij: Jezus de Christus leeft en jullie lieve N. leeft met hem. Altijd.



Voorstel 2011

Altijd onderweg:

letterlijk maar ook geestelijk (veel lectuur).

Joviaal en hartelijk

maar over zichzelf gesloten.

Plotseling overleden.

Kleinkinderen waren haar/zijn trots.


Als iemand sterft, vertellen we daar veel over. Het is alsof we dan alles over iemand weten maar in werkelijkheid is dat niet zo. Iedere mens draagt een geheim in zich, een stille plek. Dat is de plek waar God in ons leeft.


Twee van Jezus' leerlingen voelen zich daar geraakt als zij met Jezus op weg zijn naar Emmaüs. Hoewel ze hem niet herkennen, brandt hun hart. Hun vreugde is buitenmate als ze uiteindelijk zien wie Hij is. Ze vinden de kracht om onmiddellijk terug te keren naar hun vrienden.


Ook deze mens heeft die stille plek in zich. De Heer zal haar/hem daar nu aanspreken met een krachtig woord van leven.


Beste familieleden van N.

Uw vrouw/man, jullie moeder/vader en grootmoeder/grootvader was door velen gekend. Zij/Hij had altijd een goed woord, een hartelijke groet. Een goed, hartelijk woord van leven spreekt God nu, in de stilte van de dood. Nieuw leven zal openbloeien zodat N. met jullie verbonden blijft.  Dat geloven wij en dat geloof in de verrijzenis biedt onze parochie jullie aan als een blijk van deelneming en sympathie. Jezus de Christus leeft en uw vrouw/man, jullie moeder/vader leeft met hem. Altijd.

Voorstel 2010

Nooit in een ziekenhuis opgenomen, behalve nu op het einde.

Dat komt omdat ze/hij geluk heeft gehad

maar ook omdat ze/hij

een sterke vrouw/man was.

Hard gewerkt.

Cijferde zichzelf steeds weg

voor het gezin.

Innig verbonden met heel de familie.


Deze dagen vertellen wij veel over N., haar/zijn lange leven,

al wat van haar/hem is uitgegaan.

Ons hart is er vol van.


Zo was het hart vol van verdriet bij de leerlingen die Jezus aan het kruis hadden gezien. Ze waren de wanhoop nabij. Maar de Heer laat hen niet in de steek. De Verrezene komt bij hen en loopt mee. Hij deelt hun leven, zonder dat ze het goed beseffen. Het is als Hij echt bij hen aan  tafel gaat en breekt en deelt dat ze weten dat Hij leeft.


Nu zal de Heer deze mens aan zijn tafel nodigen en breken en delen. Ze/Hij zal hem herkennen en eeuwig leven ontvangen.


Beste familieleden van N.

Jullie moeder/vader, grootmoeder/grootvader en overgrootmoeder/overgrootvader heeft veel voor jullie betekend. Zij/Hij zal altijd met jullie verbonden blijven, want zij/hij ontvangt eeuwig leven. Dat geloven wij en dat geloof in de verrijzenis biedt onze parochie jullie aan als een blijk van deelneming en sympathie. Jezus de Christus leeft en jullie moeder/vader, grootmoeder/grootvader leeft met hem. Altijd.