Mt 9,27-31 H 2

Homilieën

Mt 9,27-31 - Jezus geneest twee blinden / naar p.1

Voorstel 20--


Voorstel 20--

N. leefde graag.

Niet dat zij/hij de hele wereld

wilde veranderen

maar zij/hij wilde van betekenis zijn

voor de mensen om haar/hem heen.

N. was een zoekende gelovige met levendige interesse

voor Jezus’ woord in het evangelie.

Zo zoekend is zij/hij haar/zijn weg gegaan.

Jezus was zelf letterlijk veel op pad, met zijn leerlingen. Hij keek uit en Hij keek om naar de mensen die Hij ontmoette. Zo komt Jezus in contact met twee blinde mensen. Ze roepen op hem, met hoop op genezing. Blindheid werd toen gezien als een straf van God. Maar dat is voor Jezus niet van tel. Hij voelt dat deze mensen zoekers zijn. Hij geneest hun ogen en hun hart. Zij zien voortaan de mensen en de omgeving waar zij leven maar zij zien ook de zin van hun bestaan.

N. heeft het meegemaakt: wat is de zin en de richting van mijn leven? Jezus heeft haar/hem aangeraakt en haar/hem een (nieuwe?) zin geschonken. Nu raakt Hij haar/hem opnieuw aan: Kijk, hier ben je welkom, helemaal thuis in Gods liefde.

Beste familieleden van N.
Jullie moeder/vader en grootmoeder/grootvader was een fijne vrouw/man. Zij/Hij leefde graag. Zij/Hij was een mooie mens die het beste van zichzelf aan haar/zijn gezin heeft gegeven. God heeft zijn grote hart voor haar/hem al geopend. Jezus raakt haar/hem aan en doet haar/hem de nieuwe werkelijkheid zien. Dat geloof in de verrijzenis biedt onze parochie jullie aan als een blijk van deelneming en sympathie.  Jezus de Christus leeft en jullie moeder/vader en grootmoeder/grootvader leeft met hem. Altijd.

Voorstel 2022

Zoekende vrouw/man.
Door omstandigheden moeilijke

gezinsverhoudingen.

Meermaals verhuisd.
Toch inzet om kinderen en kleinkinderen bijeen te houden.

 

N. heeft een weg afgelegd in haar/zijn leven. Op sommige ogenblikken was het een zoektocht naar geluk: loslaten en opnieuw beginnen.


Zoiets maken de mensen mee die op Jezus een beroep doen. Zij zijn blind of misschien eerder verblind. Ze zien de weg in het leven niet goed en zijn in elk geval niet helemaal gelukkig en in vrede.


Gelukkig is daar Jezus. Ze mogen en kunnen hem aanspreken. Jezus is bereikbaar. Zonder veel vragen en zonder onderzoek naar hun verleden, hoort Jezus hun hartenkreet. Wat hem interesseert is of zij geloven. Dan raakt Hij hen aan. Jezus is echt met hen begaan en dat wil Hij laten voelen.

 

Nu doet Hij dat aan N. Hij is echt met haar/hem begaan. Haar/Zijn levenstocht hier tussen ons loopt ten einde. Zij/Hij zoekt een nieuwe toekomst en ziet Jezus. "Geloof je dat Ik je de weg kan laten zien?" Hij zal N. aanraken en thuisbrengen in geluk en vrede.


Beste familieleden van N.,

jullie moeder/vader heeft haar/zijn leven geleefd zoals zij/hij dacht dat het kon volgens Jezus' gebod om lief te hebben. Daarom geloven wij dat zijn verrijzenis nu aan N. gebeurt. Jezus de Christus leeft en jullie moeder/vader leeft met hem. Altijd.